Wanneer je iemand verliest die erg belangrijk voor je is, dan verandert naar je gevoel alles in je leven. De wereld ziet er anders uit, niets lijkt meer hetzelfde. Wat eerst belangrijk leek te zijn, doet er nu niet meer toe. Je hebt het gevoel dat jij met heel andere dingen bezig bent dan de mensen in jouw omgeving.

Tips als je rouwt

Rouwen kun je zien als jouw proces om jezelf aan te passen aan die totaal veranderde situatie. Dat valt niet mee, het is een zware opgave. Hieronder vindt je een aantal tips die je kunnen helpen:

Praat erover met vrienden, familie of op school; dit verdriet hoef je niet voor jezelf te houden.

Vertel op school wat er aan de hand is; in elk geval aan je coach. Er is dan meer begrip voor jouw situatie. Docenten begrijpen dan beter waarom jij je moeilijk kan concentreren. Ook kun je aangeven hoe jij wilt dat er met de situatie op school wordt omgegaan.

Ga op zoek naar een manier om je gevoelens te uiten, zoals bijvoorbeeld schrijven of sporten of naar muziek luisteren.

Als je kwaad bent, dan kun je jouw woede uiten door te schreeuwen of op iets te slaan (zonder mensen pijn te doen).

Maak een herinneringsboek of monumentje van de overledene voor jezelf.

Wees niet bang om je ouders of anderen verdrietig te maken; zij zijn toch al verdrietig. Soms is het juist fijn om samen verdrietig te zijn.

Soms kan jij je schuldig voelen. Praat hier over. Het lucht op.

Vaak heb je veel vragen, stel ze gewoon. Je kan je vragen stellen aan iemand die je vertrouwt en soms ook aan de huisarts.

Zonder je niet af. Blijf niet te lang alleen, eenzaamheid helpt je niet.

Praat erover als je slechter gaat eten en slapen. Dit kan met je ouders, op school of bij de huisarts.

Gebruik geen alcohol en/of drugs. Dit lucht misschien voor even op, maar daarna voel je je nog rotter.

Maak een lijst met leuke dingen om te doen. Je kan niet altijd verdrietig blijven. Het is goed om ook weer leuke dingen in het leven te ervaren.

Pak het gewone leven weer op. Na de uitvaart is het belangrijk om weer dingen te doen die je voor het verlies ook al deed (school, sport, met vrienden wat leuks doen etc.).

Vraag bij worstelingen met je geloof om hulp bij een geestelijk verzorger.

Vraag om hulp. Dit kan bij familie, vrienden, school of bij de huisarts. Je kunt ook contact opnemen met de schoolmaatschappelijk werker op jouw locatie.